Het lijkt wel een verslaving!

Het lijkt wel een verslaving! 

“Weet jouw vader nog wel dat jij zijn zoon bent?” 

Vraagt zijn beste vriend aan Harry. 

Harry verzorgt zijn vader die alzheimer heeft. 

Hij kijkt onthutst naar zijn vriend. 

Maar ik weet toch dat ik zijn zoon ben! 

Ik vraag Karin of zij zo zeker van zichzelf is. “Ik doe het anders,” antwoordt Karin. 

“Ik zoek altijd de erkenning bij anderen. 

“Dat zij mij goed vinden. 

Op mijn werk en zelfs bij mijn kinderen zoek ik erkenning dat ik het goed doe. 

Het lijkt wel of ik hieraan verslaafd ben.” “

Het is geen verslaving”, zeg ik tegen Karin. “

Alhoewel het daar wel op lijkt. 

Het is een behoefte aan erkenning en waardering. 

En weet je waarom jij dat gebruikt? 

Omdat jij onzeker over jezelf bent. 

Daarom zoek jij die erkenning bij anderen. 

Zij moeten er voor zorgen dat jij je goed genoeg voelt. 

“Stel je eens voor dat jij jezelf goed genoeg gaat vinden zoals je bent. 

Wat gebeurt er dan?” 

Dan valt er een last van mijn schouders. 

En heb ik de erkenning van de ander niet meer nodig. 

Dan ben ik goed zoals ik ben. 

Het lijkt wel een verslaving!

Het lijkt wel een verslaving! 

“Weet jouw vader nog wel dat jij zijn zoon bent?” 

Vraagt zijn beste vriend aan Harry. 

Harry verzorgt zijn vader die alzheimer heeft. 

Hij kijkt onthutst naar zijn vriend. 

Maar ik weet toch dat ik zijn zoon ben! 

Ik vraag Karin of zij zo zeker van zichzelf is. “Ik doe het anders,” antwoordt Karin. 

“Ik zoek altijd de erkenning bij anderen. 

“Dat zij mij goed vinden. 

Op mijn werk en zelfs bij mijn kinderen zoek ik erkenning dat ik het goed doe. 

Het lijkt wel of ik hieraan verslaafd ben.” “

Het is geen verslaving”, zeg ik tegen Karin. “

Alhoewel het daar wel op lijkt. 

Het is een behoefte aan erkenning en waardering. 

En weet je waarom jij dat gebruikt? 

Omdat jij onzeker over jezelf bent. 

Daarom zoek jij die erkenning bij anderen. 

Zij moeten er voor zorgen dat jij je goed genoeg voelt. 

“Stel je eens voor dat jij jezelf goed genoeg gaat vinden zoals je bent. 

Wat gebeurt er dan?” 

Dan valt er een last van mijn schouders. 

En heb ik de erkenning van de ander niet meer nodig. 

Dan ben ik goed zoals ik ben.